smalbandig waarnemen
Met smalbandig waarnemen bedoelen we het waarnemen van de zon met filters die slechts een zeer klein gedeelte van het (zonne)spectrum doorlaten. Te denken valt dan aan het waarnemen in de spectraallijn van waterstof op 656,281 nm, maar ook in de verstrooiingslijnen (H en K) van calcium op respectievelijk 396,847 en 393,386 nm. Deze donkere lijnen in het zonnespectrum stralen een beetje licht uit en laten geheel verschillende details van de zon zien. Een heel bekende lijn is die van waterstof (zie bijgaande foto). Deze foto toont de zon in waterstoflicht: de protuberansen aan de rand van de zon, de donkere filamenten en heldere gebieden op het oppervlak zijn goed te zien. Deze details zijn niet zichtbaar in wit licht.

H-alfa

De zon is voor te stellen als een grote, gloeiende bol van waterstofgas. De zon bestaat voor 70 % (massaprocenten) uit waterstof. Boven het oppervlak van de zon, de fotosfeer, bevindt zich een dunne laag zonnegas, de chromosfeer. De fotosfeer straalt een continue spectrum uit. Dit licht passeert de chromosfeer en in deze laag wordt licht geabsorbeerd dat hoort bij de elementen die in dit gas voorkomen: er ontstaan verstrooiingslijnen (Fraunhofer- of absorptielijnen). Deze spectraallijnen vertellen van alles over de zon: de samenstelling, temperatuur enz. Omdat waterstof een veel voorkomend element is op de zon ontstaan er spectraallijnen van dit element. Deze donkere lijnen stralen echter een beetje licht uit. Een filter dat dit licht doorlaat toont de zon in waterstoflicht en laat de protuberansen enz. zien.
Deze filters zijn prijzig omdat ze een hoge graad van nauwkeurigheid vragen.

smalbandig

Het H-alfafilter is een filter dat precies op de waterstoflijn van 656,281 nm is afgesteld. De bandbreedte op halve hoogte (HBW) is in de orde van 0,07 nm of minder.
Zo’n filter is opgebouwd uit twee evenwijdige halfdoorlatende plaatjes (zie figuur: hart van de filters). door interferentie worden bepaalde golflengtes doorgelaten. Een blokfilter zorgt ervoor dat de juiste golflengtepiek doorgelaten wordt.
Het H-alfafilter wordt door velen gebruikt. Maar filters afgestemd op andere golflengten komen ook voor. Het calciumfilter is daar een voorbeeld van.

Het afstemmen (tunen) op die precieze golflengte bij het bouwen van het filter is lastig en de tuning is afhankelijk van zaken als temperatuur, uitlijning van de optische as, tussenstof en luchtdruk. De beschikbare filters worden daarom door de gebruiker getuned: afgesteld op die golflengte. Dit gebeurt voor de verschillende merken op verschillende wijzen:
– kantelen van het filter
– temperatuurverandering van het filter
– luchtdrukverandering in het filter (pressure tuner)
Door deze technieken toe te passen verandert de lichtweglengte een klein beetje en verandert de golflengte die doorgelaten wordt. De afstemming moet door de waarnemer geregeld gedaan worden en is alle gevallen makkelijk uitvoerbaar.